maandag 24 december 2012

4 - Wat komt er terecht van ict-toepassingen in het onderwijs - cases 7-9

7. Leerstof elektronisch aanbieden en toetsen

Een papierloze school is een school waarin leerlingen ál het materiaal elektronisch aangeboden krijgen en zelf ook alleen maar via de computer werken. Het onderzoek liet zien dat deze manier van aanbod en communiceren geen significant effect had op de waardering voor de twee geteste vakgebieden, dat ze daarentegen juist liever werken op en met papier. Ze menen dat het alleen de docent tijd oplevert. Of leerlingen privé veel of weinig op de computer doen, zegt niets over hoe ze hun lesstof en taken krijgen.

Het onderzoek toonde geen efficiëntieverbetering aan. Leerlingen geven aan dat naar het computerlokaal lopen en het opstarten van de computers juist extra tijd kost.

Het onderzoek geeft ook geen significant effect op het leerrendement van leerlingen aan door het gebruik van internet. Eén van de leraars gaf aan dat de randvoorwaarden een belangrijke succesfactor zijn en dat het vak handiger inroosteren direct in een computerlokaal òf alle studenten van een laptop of iPad voorzien een oplossing zou kunnen zijn. Een directeur van de school vertelde zelf al het materiaal te digitaliseren om de leraars zoveel mogelijk te ontlasten.


Het kost de school dus veel extra werk en de leerlingen zijn niet erg enthousiast. We zien ook bij deze innovatie dat het tijd kost voordat alle partijen er baat bij hebben en dus moet er goed gekeken worden of de doelstelling goed geformuleerd is: willen we efficiëntiewinst, papierbesparing , een hoger rendement of meegaan met de tijd en bereiken we deze doelen?


8. Competenties digitaal registreren

Met Line, een digitaal registratieprogramma, kunnen leerlingen zichzelf digitaal beoordelen.

Uit het onderzoek bleek dat digitale zelfbeoordeling met behulp van Line geen meerwaarde te hebben vergeleken met een schriftelijke beoordeling van competenties. ‘Het draagt niet bij aan meer inzicht in competenties, meer inzet en een hogere waardering van de opleiding en evenmin aan een hoger leerrendement.’

9. Leren door video’s maken

Vier opleidingen koppelden een opdracht aan het maken van een videofilm over behandelde leerstof. Een betere kennis achteraf werd echter niet gemeten. De evaluatie van het onderzoek stelt dat de studenten zich veel meer focussen op het maken van een videofilm dan op het leren van hun vak, ook omdat de beoordeling van de taak het accent legde op de inhoud en vorm van de film en niet op de verkregen kennis, het leerdoel was dus verlegd.

De leerlingen die al weinig motivatie hadden voor het vak, zagen er het nut niet van in. De leerlingen die voor hun beroep ook videofilms moeten kunnen maken, waren beter gemotiveerd.

De schoolleiding vindt toch dat er een grote meerwaarde zit in het gebruik van videofilms als interactie- en reflectiemiddel.

Zou het niet beter zijn de opdracht in duidelijke stappen op te bouwen? Als de leerlingen eerste de opdracht krijgen om te bepalen wat ze gaan filmen, bijvoorbeeld een instructiefilm over behandelde lesstof, krijgen ze volop de kans om deze lesstof te verwerken en beheersen, en is het eigenlijke filmen alleen de kers op de taart of kan zelfs achterwege gelaten worden als het maken van een videofilm niet tot het curriculum behoort. Een fotoreportage is eventueel gemakkelijker en even effectief.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten